15.10.10

['Der geht sofort nach Hause!' zei hij dadelijk, en toen gebeurde er iets eigenaardigs wat in onze kamer absoluut nog nooit was voorgevallen, iets wat mij in hoge mage geneerde, zodat ik een kleur van schaamte kreeg: de jongen met de schotwond stond op uit bed en ging met gevouwen handen voor de dokter staan, alsof hij wilde gaan bidden, en toen de arts, kennelijk niet begrijpend wat hem bezielde, verbijsterd achteruitweek, viel hij vlak voor hem op zijn knieën, graaide met beide handen naar zijn benen en omvatte zijn knieën, waarop de dokter bliksemsnel zijn hand hief en hem met een verontwaardigde uitdrukking op zijn gezicht een kletsende oorvijg gaf en iets zei wat ik niet verstond. (uit: Imre Kertész Onbepaald door het lot. De Bezige Bij, 2009. p 189.)]

Geen opmerkingen: