30.9.05

Een groenteman als mijn groenteman, dat wens ik iedereen toe.

24.9.05

geen toeval

Er waren signalen – natuurlijk – maar die konden pas naderhand helemaal geduid worden, die spraken pas naderhand voor zich. Wie nu terugkijkt staat zelfs versteld dat hij het onophoudelijk flapperden van de hints rond zijn oren niet opmerkte, dat hij hun doordringende geur argeloos negeerde.

Zo was het dus natuurlijk geen toeval dat de Franstalige broer van Urbanus voor de eerste keer in maanden met zijn gezicht in de rijrichting op de trein naar Tongeren zat. Even ontoevallig was het dat ik donderdag de foute metro nam, dat de worsten op dinsdag al na 1 minuut helemaal zwartgeblakerd waren, dat broer op de fiets aangereden werd, dat ik maandagavond een half uur naar mijn blauwe vest moest zoeken en dat men containers vol zand op het Schumanplein neerplantte om een terroristische aanslag te ontmoedigen.

Neen, echt een verrassing was en is het niet maar toch meld ik u heden dat Dan Brown niet langer op één staat in Humo's wekelijkse Boeken-Top-10, samengesteld met de medewerking van meer dan dertig ´betere boekhandels´ in Vlaanderen. Meer nog: hij staat ook niet meer op twee. Hij staat slechts op drie! (en op 4 en op 8 natuurlijk) Kan u zich nog herinneren welke talen de zebra's spraken toen dat de laatste keer zo was? Allicht niet.

Wat moeten we dan lezen volgens de Vlaamse boekenkoper? Zwerm van Verhelst en Het spook van Toetegaai van Brusselmans. Dat het deze twee boeken zijn is natuurlijk ook geen toeval; u weet zelf ook wel waarom (u ruikt het, u hoort het geflapper). En evenmin zullen wij, u en ik, ervan opkijken als Peter van Petegem morgenavond wereldkampioen zal zijn, want ook dat hangt in de lucht. Het is namelijk allemaal geen toeval.

22.9.05

a stalker in a Taurus

Wezenloos voor je uit zitten staren en daar dik voor betaald worden, het is een hele kunst en Bill Murray is er de Cézanne van. Staarde hij in Lost in translation vanop een hotelbed, dan mag hij het in zijn nieuwste, Broken flowers, overdoen vanuit een dure zetel (2), of vanop een krat, of een bankje op het vliegveld. Murray is Don Johnston, Murray is Bob Harris – het is al gelijk – en ondergaat de film kalm en onderkoeld. Murray is geen actie, Murray is geen uitleggerij, Murray is – ik zei het al – Bob Harris, en dat is aangenaam.

Murray draagt de film. Het is waar, er zijn enkele dames en er is Winston de Ethiopiër, maar bij gebrek aan een echte tegenspeler met voldoende acteerminuten staat Bill Murray er grotendeels alleen voor. Murray mag dan aangenaam zijn, hij kan op zijn eentje helaas niet verhullen dat de plot wat magertjes is. Niet dat een plot heilig is, natuurlijk niet – en weer verwijs ik naar Lost in translation – maar als er geen Scarlett of heerlijk voortdrijvende sferen zijn, wil het wel eens helpen.

De Tokiosfeer uit Lost in translation was eten en drinken, sushi met saké, schijven dag en nacht die schijnbaar inwisselbaar rondslingerden maar perfect gedoseerd door de huid naar binnen trokken. Een onovertroffen nostalgisch infuus, een noodzakelijk ademen. De sfeerbeelden van Amerikaanse straten, wijken en baantjes die de roadmovie die Broken flowers wordt ons schenkt, kunnen daar niet aan tippen; het terugkerende beeld van een cd die in een autoradio geschoven wordt al helemaal niet. Als je daar dan nog het gevoel bij krijgt dat de scenarist ook niet meer helemaal wist hoe hij er nog iets geestigs van maken kon, dan is het toch net niet goed genoeg. Aardig is hij, dat wel, maar de beste film is het niet. Want ja, dat einde, of dat begin – ook dat is al gelijk – het is toch wat te open.

20.9.05

De linkspagina is terug.

19.9.05

vanavond laat, op de trein, lees ik de krant

We hadden twee vrijkaarten voor Zuiderzinnen maar we zijn niet geweest, lief en ik. We moesten uitrusten en uren ontbijten en kijken naar een film. En dan moesten we ook nog wat extra werken, lief en ik, dat ook.

Vanavond laat, op de trein, lees ik in de krant hoe het geweest is gisteren. De Morgen citeert Tom Lanoye. Ik citeer hetzelfde voor u uit De Morgen.
Al dit bruisends, al dit pakkends, al wie ermee lacht, één op uw bakkens.
Vanavond laat, op de trein, lees ik in diezelfde krant Hugo Camps – die lees ik anders zelden – want de rit is lang en de vierde van de dag en Ik staak is minder puntig. Ik citeer voor u Hugo Camps in De Morgen want koers op het perenblog, dat is al geleden van in augustus.
Ruben Plaza won zaterdag de tijdrit met een gemiddelde snelheid van 56 km/uur. Daar kan een brommer niet tegenop. Al even bizar: berggeit Roberto Heras reed minder dan een seconde trager. Veel gekker moet het niet worden.
Het wielrennen heeft nood aan strakke lijnen van wetmatigheid. Klimmers kunnen niet sprinten en sprinters kunnen niet tijdrijden. Zo was het altijd, en zo hoort het. Het gele tricot kan wonderen verrichten in een tijdrit, zo weet ook Lucien Van Impe, maar niet aan 56 km/uur.
[...]
Roberto Heras won zijn vierde Vuelta met vijftien hechtingen in de knie. Vijftien! Een beetje bouwvakker gaat dan drie weken plat. Roberto ging nog harder fietsen.
[...]
Zondag is er het WK in Madrid. Het podium is bekend. Op 1,2 en 3: Spanjaarden. Tom Boonen? Halfkoers weggeflapperd. Je verlaat niet ongestraft de Ronde van Spanje. Moedwillig dan nog, zonder één hechting aan de knie. Monacogedrag.
Vanavond laat, op de trein schrijf ik zelf in de krant, op pagina 19. Straks typ ik het over en pleur ik het samen met een foto op het web. Vandaar.

18.9.05

over tellen

Toen Nedstat samen met een nieuwe naam, Webstats4u, ook een nieuw popupbeleid kreeg, vloog de teller dadelijk van het perenblog. Nultolerantie heet dat; tegenover popups èn tegenover afkortingen met "4" erin. Vorige week vrijdag installeerde ik drie nieuwe gratis tellers om Testaankoopgewijs even samen proef te draaien. Na de eerste week zijn er voorlopige resultaten.

  • Letsstat is een erg overzichtelijke teller voor wie Nedstat gewend is; hij lijkt net Nedstat want hij houdt net hetzelfde bij, in net dezelfde onderverdelingen, maar hij doet dat dan gelukkig wel zonder opdringerig blinkende reclame. Een nadeel is dat hij internationaal niet erg zijn best doet. Van de acht Amerikaanse bezoekers die ik volgens de andere tellers al had, telde Letsstat er geen enkele. Ook wordt het tellersymbooltje (door technische storingen?) wel eens vervangen door tekst. Voor grootverbruikers is er wel een pluspunt: de gratis versie telt tot 10.000 bezoekers per dag, maar dat zal mij, die twee anderen, en onze paardenkop worst wezen.
  • Statcounter ruilt het eenvoudige overzicht van Letsstat in voor een vat aan mogelijkheden. Een voordeel aan Statcounter is het onderscheid dat hier gemaakt wordt tussen pageloads, visitors en returning visitors. Bovendien kan je d.m.v. een cookie je eigen bezoeken uit de tellingen weren en worden er veel meer gegevens bijgehouden dan bij Letsstat; je kan de weg die bezoekers op de verschillende pagina's van je weblog afleggen helemaal volgen en zien hoe lang ze blijven hangen. Je kan makkelijk opzoeken wie hoe, wanneer en hoe vaak terugkomt, en wie echt wil kan zijn statistieken hier met één muisklik omzetten in een Excell-bestand. Je komt hier niet snel even naar je statistieken kijken, maar je komt hier gezellig doorklikken. Een nadeel is dat zoekmachines blijkbaar veel minder geregistreerd worden. Letsstat en Checkstat zagen tijdens de eerste dagen ongeveer twee maal zoveel bezoekers via zoekmachines en vonden ook bijna twee maal zoveel zoekwoorden, ook via search.msn.be en zoek.vinden.nl; statcounter kent voorlopig alleen Google. Niet onbelangrijk is verder dat Statcounter bij de gedetailleerde statistieken slechts rekening houdt met de honderd meest recente pageloads, en dat lijkt mij toch niet echt veel.
  • Checkstat staat zowat in het midden tussen de eenvoud van Letsstat en de overvloed van Statcounter. Ook hier het onderscheid tussen views, bezoekers en herbezoekers zoals bij Statcounter en de mogelijkheid om d.m.v. een cookie of ip-nummer je eigen bezoeken te laten negeren, maar alles blijft wel overzichtelijk op 4 pagina's geordend zoals bij Letsstat. Kon er bij deze teller wat meer doorgeklikt worden van - ik zeg maar wat - de bezoeker naar zijn referrer of technische details, dan was hij ideaal. Bij checkstat mag je tot 10.000 unieke bezoekers per maand hebben en dat is voor mij nog steeds ruim voldoende.

Een voorlopige balans: Letsstat valt af. (En Webstats4u komt niet terug; ik zag afgelopen week de mythische Nokia-popups ook echt verschijnen op jnnk en Cockie. Brr.) Nu moet ik nog kiezen tussen het compacte overzicht en het vlooi- en klikpaleis, maar dat is voor volgende week. En laat ons vooral niet uit het oog verliezen: websitestatistieken zijn compleet onbelangrijk.

17.9.05

Leo Pleysier: 'De trousse'

De regen gutste. Ik zou wat lezen en schrijven, maar ik zapte langs Rai Uno en – je zal het altijd hebben – daar bleek de verkiezing van Miss Italia aan de gang. Ik zette het geluid af en schoof de stoel dichter bij het scherm.

Er stonden enkele dames in bikini op een trap; ze kregen allemaal 20 seconden om zich voor het publiek en de natie te bewijzen. Roberta tapdanste. Ze trok daarvoor een rokje aan over haar gele bikinibroekje; na haar twintig seconden ging dat weer uit. Elisa – in rode bikini – zong bij een piano. Monia (lichtroze) schudde ritmisch met billen en borsten. Ze knipoogde naar me, wel twee keer. Federica – ook in lichtroze bikini – smeerde toastjes met choco. Ja, ik had dat goed gezien: ze smeerde toastjes met choco.

Een talent is het zeker, dacht ik, maar gekker moet het niet worden. Ik schoof de zetel weer terug op zijn plaats en nam mijn boek voor iemand op het idee kon komen om in bikini een dwarsfluit te bespelen of een naam te kalligraferen met Oost-Indische inkt.

Ik dacht: ja, dat had een fantastische beginzin, De trousse van Leo Pleysier. Ja. Ja, dat klopt. Mmm.

Wat mij uit mijn slaap wekt, elke morgen, al vijfenveertig jaar lang, is het zangkoor van de vogels in de bomen. Halfzes en pikdonker is het dan nog. De vleermuizen maken jacht op de rondvliegende motten.

PS: echt waar.

Leo Pleysier De trousse. Amsterdam: De bezige bij, 2004.

15.9.05

Ik sta met A. bij het raam en kijk naar de twee brandweerwagens en de zwaailichten op straat. Brandweermannen schuifelen door een dakgoot aan de overkant. Wat er aan de hand is, vraag ik. "Deux chats et un petit canard," zegt A. "Intéressant," zeg ik.

9.9.05

[efvtfkåtkt] [9 september 2005]

8.00u: afwassen met roze handschoenen is hip.

10.00u: schoonmaken met roze dweilen is hip.

12.00u: lichtroze vis, vers van op de Vrijdagmarkt, is hip.

12.00u [bis]: lichtroze peuters, brabbelend voor viskramen op de Vrijdagmarkt zijn uitzonderlijk hip. Geen hip weblog kan zonder, trouwens.

14.00u: roze sokken zijn niet hip.

Det blir som en städexplosion -plosion

Vanochtend, meer nog dan gisteren en de dag daarvoor, ben ik fan van Doj Doj. Iedereen, ook u, zou na het met een roze dweil poetsen van keuken, badkamer, toilet en de gang daartussen de voorlopig laatste aflevering van Doj Doj moeten beluisteren – [De rechtstreekse link is ondertussen dood, maar het archief zal wel snel aangevuld worden. Fredagen den 9 september 2005: Hawaii] – al was het maar voor de uitdrukking "måla mig röd och kalla mig tomat; vad var det som hände?"

Later ongetwijfeld meer over roze dweilen, want het is efvtfkåtkt-dag vandaag. Hoera.

8.9.05

nix och nej

Het is niet eenvoudig hard te werken met Doj Doj, Ditten och Datten op de achtergrond.

6.9.05

maandagavond

Maandagavond vijf over elf. Ik denk: daar loopt Vera Dua en is dat niet Jef Tavernier? Ik wandel door de tunnel naar het plein waar twee trams wachten maar laat hen links, evenzo Baziel. Het weer is zacht, maar Baziel laat ik links.

Waar overdag de vrouw die houdt van Mario uien schilt, is het nu donker en stil. Een lamp - verzonken in de grond - probeert nog iets met een blauwe schijn.

Mijn fiets wacht in de zijstraat; ik neem hem mee aan de hand. Op de stukjes licht bergaf wip ik op het zadel en laat ik mij over de stoep glijden. Rechts. Bijna geruisloos ben ik; net als de lege straten en donker en zacht. Een vrouw rookt een late sigaret achter een hek. Links. Een man houdt de deur open voor zijn witte hond. Rechts. Een meisje schetst drie platanen op een karig verlicht plein - de glasophaling liet heel wat staan. Links.

Verder: rechts links links rechts, dan druk ik de code in en schuift de poort van de gemeenschappelijke garage open. Vanavond neem ik de lift naar boven. En morgenvroeg ga ik naar de apotheker, maar eerst zal ik nog dromen van Pakistan.