27.5.17

26.5.17

[In éénzelfde zin had Michel het over bliksempis, haneneieren en christelijke vergiffenis. Het klonk als wonderbaarlijke onzin. (uit: Koen Peeters De mensengenezer. Bezige Bij, 2017. p 195.)]

23.5.17

Deze stukken vond ik op treintickets die ik als bladwijzer gebruikte:

feb 2017
Ik stak de Landsroemlaan over en zag hoe de bomen bogen door de strakke wind. Aan de bushalte trof ik Bibi - ze zei: daar is de bus.

In het Noordstation zag ik een muis lopen over de rails bij spoor 11. Ik bleef ter hoogte van het dier op het perron staan in plaats van als gewoonlijk door te lopen. Toen de trein binnenliep, verdween het muisje achter het metaal van de rail.

In Mechelen stond de wind nog strakker. Mijn pet vloog weg over spoor 8, verdween daar onder een trein en wie weet waar dan verder naartoe? Noord-oost? Wellicht.
Ach.

--------------------

3 maart 2017
Mijn moeder vertelt over haar vader, die korte tijd werkte voor een wijnhandelaar in Antwerpen en wijnen ronddroeg naar cafés en bordelen.

Een vat sprong open in de kelder, de wijn stond enkelhoog maar diende op flessen gezet, ondanks de kattenstronten die erop dreven.

[Dat van het enkelhoog verzon ik zelf, dat van de kattenstronten vertelde mijn moeder.]

[Het licht in het trappenhuis is intussen tot bedaren gekomen, Zeus, de bliksemslingeraar, is nergens meer te bekennen. (uit: Jenny Erpenbeck Gaan, ging, gegaan. Van Gennep, 2016. p 90.)]

5.5.17

[Achter de sluierbewolking weerlichtte het; Pierre zag kronkelende, korte bliksemschichten en dacht even dat het misschien barstende adertjes in zijn oogballen waren. (uit: Martin Michael Driessen Rivieren. Van Oorschot, 2016. p 109-110.)]

[Vannacht een Hoosbui (volgens Adriaan van Maarten is er twaalf mm regen gevallen) en één bliksemflits. Dat was om halftwee. (uit: Koos van Zomeren Nog in morgens gemeten. Nieuw Herwijns dagboek. De Arbeiderspers (Privé Domein 262), 2006. p 206.)]

[Nu är det slut med oss! skrek Gusten och stannade, pekande på ett ljus, som blixtrade fram bakom en kobbe i sydost. Fyrn är tänd, och sjön går öppen! (uit: August Strindberg Hemsöborna. Natur & Kultur, 2011. p 188.)]

[Wat voor veldslagen er ook tussen ons hebben plaatsgevonden, ze zijn nooit uitgestreden in het domein van de nacht. Daar omhelsden we elkaar alsof de bliksem insloeg. (uit: Julian Barnes Flauberts papegaai. Singel Pocket, 2000. p 184-185.)]