Toen het vanochtend nog niet overdreven heet was, bleef ik staan in de Rue de l'Intendant / Opzichterstraat. Ik keek naar de zwaluwen en hoe ze af en aan vlogen en af, opnieuw. Aan.
De nacht ervoor had ik Black Swan Green van David Mitchell uitgelezen [Het lovends dat daar over verteld wordt is waar.] en hoe anders, dacht ik, is Mitchell lezen van Koen Peeters lezen? Hoe anders is dat van kijken naar zwaluwen? En zou ik louter uit het profiel tijdens de vlucht, zonder te letten op omgevingen, biotopen, nesten of geluiden, een gierzwaluw van een huis-, boeren- of oeverzwaluw kunnen onderscheiden? Zou ik dat kunnen? Zou ik dat kunnen?
Black Swan Green is – ook net onder de douche dacht ik er weer over na – zeer de moeite, dat staat vast, ook al zit ik met een probleem bij de portefeuille-verhalen. Ook onder die douche merkte ik dat ik uitslag heb op mijn borst. Ja, en helaas, ook dat staat vast.
If I fell, it was smash through a glass pane and slam on a concrete floor. Unless I got impaled on a tomato cane, like the priest in The Omen who gets spiked by a falling lightning conductor. (p 171-172)David Mitchell Black Swan Green. Sceptre, 2006.
'What happpened there?'
'Thunder, lightning, hailstones, fireballs. Biggest storm in years. (p 222)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten