17.11.07

[Ik deed mijn ogen stijf dicht en toen knipperde ik en toen gluurde ik naar haar en haar vrolijke glimlach smeekte me niet bang te zijn, hoezo, het mocht, en haar stevige boezem leek me ook te smeken, en toen kwam ze op haar knieƫn op de mat zitten, aan mijn rechterkant, en ze haalde mijn hand weg van de heuvel in mijn broek en legde haar eigen hand ervoor in de plaats en toen maakte ze open en bevrijdde en een spoor van scherpe vonken als een dichte meteorietenregen trok door mijn hele lichaam en ik deed mijn ogen weer dicht maar niet voordat ik gezien had dat ze omhoogkwam en zich uitstrekte en toen kwam ze op me en boog zich voorover en nam mijn handen en leidde ze, hier en hier, en haar lippen raakten me aan op mijn voorhoofd en raakten me aan op mijn gesloten ogen en toen nam ze me in haar hand en stak me helemaal naar binnen en in een oogwenk rolden diep in mijn lichaam een paar zachte donderslagen, meteen gevolgd door een doordringende bliksemflits en vanwege de dunne muren moest Orna met kracht haar hand op mijn mond leggen en toen ze dacht dat het voldoende was en haar vingers weghaalde om me te laten ademhalen moest ze mijn lippen weer snel met kracht verzegelen want het was nog niet voldoende. (uit: Amos Oz Een verhaal van liefde en duisternis. De Bezige Bij, 2006. p 602-603.)]
van Occy

Geen opmerkingen: