11.2.14

In het halletje van de coupé was iemand flauwgevallen. Collega's van de gevallen man brachten hem weer bij kennis, alsof ze zulks wel vaker meemaakten. Ik stond even op, wandelde naar het halletje en bood de helpers clementijnen aan, suikers. Die werden geweigerd. Ik wandelde weer terug en las verder in Koos Van Zomeren. Hij schreef over rotganzen.

Bij de rotganzen dacht ik aan Willem Barentsz.

Geen opmerkingen: