29.6.08

Maria uit Zomergem

26.6.08

en helemaal achteraan: de leeuw

[A crack in the kitchen. It wasn't horizontal (like all good cracks should be). It zig-zagged, like a child's drawing of lightning, and Isidore now thought – Oh, great ... – that there might be a problem with one of the supporting walls. (uit: Nicola Barker Darkmans. Fourth Estate, 2007. p 167.)]
van Occy

24.6.08

afgelopen weekend in drie participia met telkens een bolletje ervoor

  • Gekocht: zeven boeken om te lezen.
  • Gelezen: Submarien van Joe Dunthorne. [Met op pagina 170: "Het scheelde niet veel, maar toch geen sigaar."]
  • Gemorst: 7UP op een traploper.

21.6.08

Over dat natuurdagboek: ik geef er het geziene en bereisde in weer, de oppervlakte, zeer uiterlijk, zeer direct, vlak na de feiten en ik hoed mij voor interpretatie en drang tot stileren, herschrijven, ververhalen. Windrichtingen mogen, ook busnummers en exacte vertrektijden, ook namen van personen, vogels, planten, straten en gehuchten. Lijsten vermijd ik, evenals toekomstplannen en pijlen. Volledigheid is irrelevant.

Ik moet nieuwe wendingen zoeken, halve en hele zinnen, nee, er moeten nieuwe wendingen komen, halve en hele zinnen, om efficiënt te noteren. Het is een andere methode, een andere taal. Het is anders dan een perenblog maken.

drie botstballen

18.6.08

Zaterdagmiddag zag ik mijn eerste roodborsttapuit en de zon scheen ook een beetje. Ik dacht: nu met mijn Petrel en nu ik dat oranje nooit meer mag vergeten, moet ik doen als Nescio; ik zoek een schrift en begin een natuurdagboek.

17.6.08

Woensdagnamiddag kocht ik in het station een botsbal. Hij was paars met witte vlekken binnen rode randen. Vanavond kocht ik er weer een; volledig paars en veel malser dan al de andere.

Mijn broekzakken worden te klein.

13.6.08

Op de hoek van de Karel De Stoutelaan en de Leopold I-Laan in Brugge at ik in het bushokje twee sandwiches met hespenworst. Ik las er Een zwervend bestaan van Bob den Uyl. Ik was er zeer gelukkig.

Een half uur later kocht ik voor mezelf een Petrel 8x42. De dalende koopkracht, ik lach ermee. Op de trein maakte ik met zorg de koordjes vast.

7.6.08

Ik kocht een nieuwe botsbal in het station. Eén van de botsbalautomaten zit nu vol kauwgomballen. Er blijft nog één automaat over. Vanuit de hal vooraan keek ik in de tunnel die onder de sporen door loopt, van 1 tot 12. Er liep niemand door.

[Ook in de Delhaize is de botsbalautomaat hervormd, hervuld. Hij zit nu vol met iets anders; ik geloof dat het hondjes zijn.]

Mijn nieuwe botsbal komt uit China. Ik botste ermee in de stationshal. We zijn een internationaal gezelschap.

pioenen in huis

6.6.08

[Ik zag, toen zich de situatie voordeed waarbij iedere bejaarde iets waarachtigs tegen zijn kinderen wilde zeggen, hun iets wilde meedelen, namelijk dat ze het moesten waarderen dat ze nog jong waren, dan keek altijd elk zo'n familielid dat tot taak had op te letten dat het niet zover kwam dat deze bejaarde iets wilde opbiechten, dan keek die snel op zijn horloge en schrok, hij sloeg zich dan zelfs met zijn hand voor het voorhoofd en kreunde, en nu vlug terug, en dan leek opeens alles afgelopen, als een noodgedwongen afgelaste markt of festiviteit of bioscoopvoorstelling in de buitenlucht, wanneer er een hoosbui neerkletterde, dan namen ze vliegensvlug afscheid, pakten hun tassen, namen de kinderen bij de hand en trokken die haast door de lucht achter zich aan, want over minder dan een halfuur zou de trein of bus vertrekken, en als ze met de auto waren gekomen, dan wilde opeens iedereen op tijd thuis zijn, waar hen een belangrijk bezoek wachtte dat erover zou beslissen of er iets geregeld kon worden in verband met de toelating tot een gymnasium, of waar iets belangrijks afgemaakt moest worden, zelfs ook al was het mooi weer, dan keken de verwanten opeens naar de hemel, snoven wat lucht naar binnen en roken dat er onweer op komst was, dat zo dadelijk de bliksems langs de hemel zouden schieten en het hard zou gaan regenen en dat zijn auto banden had met een lichtelijk afgesleten profiel en dat zo'n band op een nat wegdek gemakkelijk slipt... (uit: Bohumil Hrabal Harlekijntjes miljoenen. Prometheus, 2005. p 150.)]

3.6.08

[Al een paar dagen wisselen de broeierige warmte en onweersbuien die gepaard gaan met veel bliksemlicht elkaar voortdurend af. (uit: Rafael Chirbes Het schot van de jager. Menken Kasander & Wigman, 2004. p 35.)]
van Lope